DEN HAAG (Novum) - Werkgevers moeten na een kortdurend contract ook een tijdelijk contract van zeven tot tien jaar kunnen aanbieden aan werknemers.

Volgens minister van Sociale Zaken Henk Kamp (VVD) is dat goed voor de werknemer, omdat dan meer geïnvesteerd wordt in scholing. Dat schrijft de minister in een toelichting aan de Kamer op een eerder voorstel.

De Kamer had gevraagd om de nadere toelichting op de Bedrijfslevenbrief van minister van Economische Zaken Maxime Verhagen (CDA) in september. Volgens de huidige wetgeving krijgt een werknemer een vast contract als hij daarvoor of drie tijdelijke contracten, of twee contracten over een periode van 36 maanden heeft gehad.

Werknemers krijgen nu vaak kortlopende tijdelijke contracten aangeboden. Hierdoor is volgens de minister de prikkel laag om geld te steken in de scholing van werknemers, mocht een contract voor onbepaalde tijd niet mogelijk zijn.

Een langlopend contract biedt de werknemer volgens Kamp bovendien meer zekerheid dan die drie opeenvolgende contracten van een jaar. De minister wil daarom het gebruik van langlopende contracten stimuleren.

Het voorstel wordt nog verder uitgewerkt. De vakcentrale FNV had al eerder aangekondigd het wetsvoorstel te blokkeren via cao-onderhandelingen.