Dat de vraag naar personeel in de bouw toeneemt, behoeft geen verdere uitleg. In steeds meer beroepsgroepen ontstaan tekorten, en de vraag is hoe bedrijven daarmee omgaan. Welke wegen bewandelen zij om aan geschoold personeel te komen? Wat we al wel weten, is dat het aantal werkzoekende 50 plussers met een WW-uitkering blijft stijgen. Daar komt bovenop dat er ook een aanzienlijke groep 50 plussers die wel wil werken, maar zich bij gebrek aan perspectief volledig heeft teruggetrokken uit het arbeidsproces. Kunnen bouwbedrijven hier iets mee?
Geschoold personeel in de bouw vinden
Voor bedrijven wordt het steeds lastiger om aan geschoold personeel te komen. Er is een nijpend tekort aan vakkrachten op alle niveaus, en dat vraagt bouwbedrijven creatief te denken bij het werven van personeel. Een interessante doelgroep is die van de 50 plussers. Juist binnen deze groep beschikt men over kennis en ervaring om direct van toegevoegde waarde te zijn. Enerzijds zijn dit mensen die al een achtergrond hebben in de bouw, maar deels zijn afgekeurd. Anderzijds betreft het mensen die zich oriënteren in een nieuwe richting; die van de bouw.
Werken en opleiden in de bouw
Voor zij-instromers, mensen die zich oriënteren op een compleet nieuwe functie, geldt dat er voor bedrijven interessante regelingen bestaan. Dankzij het leerwerktraject kunnen mensen direct aan de slag in de bouw, en worden tegelijkertijd opgeleid binnen het bedrijf. Dat heeft een groot voordeel: bedrijven kunnen sturen op de gewenste skills. De leerling doet onmiddellijk vakkennis op uit de dagelijkse praktijk, en de investering die men als bedrijf doet, laat zich uitbetalen in een vakkracht die na afloop van het leerwerktraject graag langer bij hetzelfde bedrijf blijft werken.
Een leerwerktraject duurt gemiddeld tussen de 9 en 12 maanden. Bedrijven in de bouw kunnen in deze periode actief sturen op een gerichte opleiding, en ontvangen daarbij financiële voordelen. Dit ter compensatie voor de investering in de doelgroep 50 plussers.
Deels afgekeurde 50 plussers in de bouw
Een aanzienlijk gedeelte van de 50 plussers met een achtergrond in de bouw, welke deels is afgekeurd, komt niet meer volledig aan de bak in de bouw óf zit zelfs thuis. Die groep 50 plussers kan evenwel directe waarde toevoegen binnen de organisatie. Kost dat bouwbedrijven veel geld? Dat hoeft lang niet altijd.
Zo zijn er speciale regelingen die re-integratie in het arbeidsproces mogelijk maken. Een voorbeeld daarvan is de loonkostensubsidie. Dit maakt het mogelijk om personeel met een arbeidsbeperking aan te nemen, terwijl bedrijven worden gecompenseerd naar gelang het verminderde vermogen tot arbeid. Een win-win aan beide kanten; 50 plussers kunnen nog jaren actief blijven binnen het arbeidsproces, en als bedrijf beschik je over een waardevolle en ervaren vakkracht binnen de organisatie.
Bouw en 50 plussers: een aantrekkelijke optie
De algemene trend op de markt is die van een 50 plusser die niet meer interessant zou zijn voor het bedrijf. Met de huidige tekorten binnen de bouw is het tegendeel echter waar. En wat veel bedrijven vaak niet eens weten, is dat dit geen financiële consequenties hoeft te hebben. Sterker nog, door gebruik te maken van de aanwezige regelingen, komen bedrijven er vaak beter uit. Een duurzame oplossing voor het personeelstekort in de bouw ligt daarmee voor het oprapen.