(Novum) - De leefbaarheid in de meeste van de veertig probleemwijken in Nederland is de afgelopen twee jaar verbeterd. Ook in de overige wijken in Nederland is de leefbaarheid er tussen 2010 en 2012 iets op vooruitgegaan. Dat concludeert minister voor Wonen Stef Blok (VVD) maandag in een brief aan de Kamer, op basis van cijfers uit de zogenoemde Leefbarometer.
Met name in de Amsterdamse en Eindhovense 'Vogelaarwijken' is de leefbaarheid verbeterd. Hetzelfde geldt voor Utrecht en Arnhem. Voornaamste redenen daarvoor zijn een verandering in sociaaleconomische positie van inwoners en een verbetering van veiligheid en woningvoorraad, schrijft Blok in de brief.
In de Haagse achterstandswijken, onder meer de Schilderswijk en Stationsbuurt, is de leefbaarheid echter teruggelopen. Met name de veiligheid nam daar af. Ook in de Rotterdamse probleemwijken Overschie, Bergpolder en Vreewijk ging de veiligheid erop achteruit. In andere Rotterdamse probleemwijken was slechts sprake van een kleine vooruitgang.
De leefbarometer laat verder zien dat na een stagnatie van verbeteringen in heel Nederland tussen 2008 en 2010, de verbetering van leefbaarheid nu weer in stijgende lijn doorgaat. Het aantal inwoners dat in gebieden met leefbaarheidsproblemen woont, daalde van 1,4 miljoen in 1998 via negenhonderdduizend in 2010 tot achthonderdduizend op 1 januari vorig jaar.
De onderzoekers benadrukken wel dat de werkloosheidsstijging die vorig jaar inzette, niet in de cijfers is meegenomen. Naar verwachting zal dit in de komende jaren nog een negatief effect hebben op de leefbaarheid. De wijken die nu al zwakker zijn lopen daarbij volgens de onderzoekers het grootste risico.
De leefbaarheid in de leefbaarometer wordt vastgesteld aan de hand van 49 indicatoren, waaronder het aantal vernielingen, het aantal niet-westerse allochtonen en het soort woningen in de wijk.