LHASA (Novum/AP) - Er is volgens de Chinese autoriteiten weinig hoop dat er overlevenden zijn na de aardverschuiving die vrijdag een Tibetaanse goudmijn bedolf. Zondagmiddag hadden reddingswerkers elf lichamen geborgen. In totaal werden 83 mijnwerkers bedolven onder lagen aarde van soms wel dertig meter.
De kompels werden vrijdagochtend in hun slaap in hun tentjes begraven onder een laag van ongeveer twee miljoen kuub modder, stenen en puin. Die bedolf een mijnbouwgebied van zo'n vier vierkante kilometer in Maizhokunggar, een district vlakbij de Tibetaanse hoofdstad Lhasa.
President Xi Jinping en premier Li Keqiang hebben de lokale autoriteiten opdrachten gegeven kosten noch moeite te sparen wat betreft de reddingswerkzaamheden.