In Nijmegen is de ozb - een belasting die eigenaren van huizen en bedrijfspanden moeten betalen - echter nog altijd het hoogst. In de Gelderse stad betalen ondernemers met een eigen pand volgend jaar gemiddeld bijna 5300 euro aan belasting. Dat is een stijging van 1,9 procent van in vergelijking met dit jaar.

In Rotterdam stijgt de ozb op bedrijfspanden het sterkst. Daar zien eigenaren de aanslag volgend jaar met zeven procent stijgen naar even meer dan drieduizend euro. Ook in Eindhoven, Apeldoorn en Almere gaat de belasting flink omhoog. Het gaat daar om toenames van respectievelijk 4,4, 3,9 en 2,5 procent.

Aan de andere kant van het spectrum staat Den Haag, waar de ozb volgend jaar gemiddeld met bijna achttien procent terugloopt naar een kleine 2400 euro. De gemeente hoopt op die manier aantrekkelijker te worden voor ondernemers om zich te vestigen, aldus wethouder van financiën Boudewijn Revis (VVD).

"Je ziet dat heel veel kleine ondernemers het heel moeilijk hebben in deze tijd", aldus Revis. De wethouder ziet het verlagen van de ozb als de meest effectieve manier om de lasten voor het midden- en kleinbedrijf flink te verlagen. "Den Haag moet een stad zijn waarin hard werken beloond wordt en niet bestraft", vindt hij.

Van de door Forum onderzochte gemeenten is Den Haag de enige waar de ozb volgend jaar daalt. De overheid stelt een limiet aan hoeveel Nederlandse gemeenten die belasting per jaar gemiddeld mogen verhogen. Die norm is echter voor alle gemeenten samen, waardoor grote onderlinge verschillen mogelijk zijn.

Voor 2014 is een 'macronorm' vastgesteld op 2,45 procent. Rotterdam, Eindhoven en Apeldoorn gaan daar dus fors overheen. VNO-NCW roept de regering op om een 'meer lokale' norm te gebruiken, wat een stevige stijgingen in de ozb onmogelijk maakt.