DEN HAAG (ANP) - Een kunstmatig eiland op de Doggersbank, midden in de Noordzee, moet de spil worden in een netwerk dat de omringende landen verbindt met een groot aantal windmolenparken op volle zee. Dat staat in een visie op de toekomstige infrastructuur voor duurzaam opgewekte elektriciteit die netbeheerder TenneT vrijdag heeft gepresenteerd.
Het eiland verdeelt niet alleen de stroom van de aangesloten windparken, maar moet ook een knooppunt gaan vormen tussen de stroommarkten van Nederland, Groot-Brittannië, Noorwegen, Duitsland en Denemarken. Dat zal volgens TenneT leiden tot lagere prijzen en een grotere leveringszekerheid.
Topman Mel Kroon van TenneT spreekt van een realistisch plan, dat de Europese doelstellingen op het gebied van terugdringing van de CO2-uitstoot ,,haalbaar en betaalbaar’’ maakt. Daarvoor is wel nauwe samenwerking nodig tussen overheden, toezichthouders, energiebedrijven, netbeheerders en milieuorganisaties.
Ondiep
Het bouwen en aansluiten van windmolens op volle zee is fiks duurder dan dicht bij de kust, erkent TenneT. Op de Doggersbank is het water evenwel relatief ondiep. Dat drukt de kosten. Bovendien waait het vaak en hard in dat deel van de Noordzee.
Het gebruik van de Doggersbank voor windenergie is geen nieuw, maar wel een omstreden idee. De Britten bouwen op de enorme zandbank al aan een groot windmolenpark van vierhonderd turbines. Milieuorganisaties zijn kritisch omdat het een belangrijk natuurgebied betreft, de visserijsector vreest dat belangrijke visgronden verloren gaan.