Kiezers die gisteren hun stem uitbrachten voor de gemeenteraadsverkiezingen, baseerden hun stem veelal op de woningmarkt en de veiligheid en kwaliteit van de woonomgeving. Uit onderzoek van Ipsos in opdracht van NOS blijkt dat in vier jaar tijd flink meer aandacht is gekomen voor wonen. Dit meldt NOS.
Van de 2.000 ondervraagde kiesgerechtigden, was de woningmarkt voor 36 procent van de kiezers doorslaggevend in hun keuze voor een politieke partij. In 2018 was dat nog 25 procent. Ouderen, mensen op het platteland en VVD-kiezers ervoeren de woningmarkt dit jaar niet per se als doorslaggevend.
Grote ontevredenheid
Op de vraag of gemeenten voldoende betaalbare huizen voor starters bouwen, kon slechts 25 procent een positief antwoord geven. Ook ouderen vinden dat er te weinig starterswoningen zijn. Een ander belangrijk onderwerp van gesprek is de woonplicht. Ruim 70 procent van de ondervraagde kiezers is vóór invoering hiervan. Een woonplicht zorgt ervoor dat beleggers niet massaal huizen kunnen opkopen.
Door: Nationale Bouwgids / Johanne Levinsky
